Op de Apache CloudStack Collaboration Conference, vorige week in Amsterdam, spreken ontwikkelaars met elkaar over de manier waarop zij cloudsoftware inzetten. De beslissing voor het een of het andere pakket wordt zakelijk bekeken en van een competitie tussen software is dan ook niet echt sprake. Het is geen wedstrijd: over vijf jaar blijft er niet één over.
“Elke software heeft zijn eigen voor- en nadelen”, vertelt ontwikkelaar Funs Kessen van Schuberg Philips dat voor CloudStack heeft gekozen. “Je moet dus weten waarom je iets kiest en wat de vatbaarheid daarvan is op de langere termijn.” Het bedrijf voert onder meer clouduitrol uit voor kritieke infrastructuren.
Propriëtair versus open source
Bedrijven zijn over het algemeen huiverig om naar buiten te treden met informatie over welke software ze gebruiken om hun cloud op te tuigen. Hoster LeaseWeb is een van de partijen die er vrij open over is: het is CloudStack geworden. Cloudmanager Robert van der Meulen van LeaseWeb legt uit dat een belangrijke reden is dat er zelf aan de software gesleuteld moet kunnen worden.
“Wij keken drie jaar geleden naar welke software we zouden gebruiken. VMware was toen heel groot, maar dat is ten eerste gelicentieerde software.” Je kunt dan wel om features vragen, maar je hebt zelf de vrijheid nodig voor aanpasbaarheid, aldus Van der Meulen. “Het is daarom in dit geval beter om een open source-partij te kiezen.”
Modules versus geheel product
Na een zoektocht is LeaseWeb onder meer uitgekomen bij OpenStack, waar veel aan ontwikkeld wordt. “Maar dat was een blokkendoos van modules, waarbij de blokken eruit zien alsof ze door een beginnende timmermansleerling in elkaar zijn gezet.” De losheid en complexiteit is wat meer partijen afschrikt en CloudStack voelt meer als een eindproduct.
Dat neemt natuurlijk niet weg dat voor sommige implementaties OpenStack juist niet veel geschikter is. Er komen aan zulke infrastructuren wel meer developers aan te pas. Ter vergelijking: een OpenStack-team bestaat meestal uit enkele tientallen ontwikkelaars, waar een partij als LeaseWeb met veel minder developers veel meer kan bijdragen aan het project.
Flexibiliteit versus aanpasbaarheid
Die eenvoudige opzet is ook meteen een van de nadelen van CloudStack: het is minder flexibel. Wat je daarvoor wel terugkrijgt is meer interoperabiliteit dan een OpenStack. Dus het is geheel afhankelijk van welke eigenschappen meer voor je bedrijf van belang zijn om te kiezen voor een van de vele partijen.
Op de volgende pagina: Andere keuzefactoren voor ontwikkelaars en bedrijven, zoals de taal waarin de software is geschreven.
De opzet zorgt er wel voor dat een CloudStack-cloud in een mum van tijd is opgezet. Een ontwikkelaar kan in enkele uren aan de slag dankzij een eenvoudig installatieproces, waar het opzetten van een publieke cloud met andere software weken in beslag kan nemen. Voor IT’ers is dat ideaal; zij kunnen meteen aan de slag met de testfase voor de release.
Java versus Python
Een andere factor is de taal waarin de software is ontworpen. Java is een grote taal in de zakelijke wereld en CloudStack is ontworpen op een Java-omgeving. “OpenStack is helemaal in Python geschreven”, zegt Kessen. Dat kan een drempel kan zijn voor zakelijke ontwikkelteams om op deze software over te stappen, die vaak beter bekend zijn met Java.
Een derde open source cloudsoftwarepakket dat vaak wordt aangehaald, is Eucalyptus. Deze software is onder meer bekend vanwege zijn integratie met de AWS, de publieke clouddienst van Amazon. Daarvan zijn enkele tools in Java geschreven, andere in Python. “Eucalyptus is wat dat betreft een beetje mix en match. Ik was niet zo blij met hoe dat eruit ziet onder de motorkap”, aldus Kessen.
Stack versus stack
OpenStack krijgt vaak meer aandacht in de IT-media, onder meer omdat er het gevoel is dat OpenStack meer leeft bij ontwikkelaars en gebruikers. De visie is dat CloudStack maar een klein broertje is en vooral bij open source maakt dat organisaties zenuwachtig. Inmiddels zit CloudStack in een opwaartse beweging.
Eerder dit jaar bleek dat de community aan het groeien is geslagen. Die groei zet op dit moment hard door. Tien procent van de softwaredownloads zijn in de afgelopen tien dagen uitgevoerd, vertelt Chip Childer, ontwikkelaar bij Sungard op de conferentie.
De groei van code voor OpenStack en CloudStack, toegespitst op de periode 2012-2013. De afgelopen maanden laten een grote groei zijn bij CloudStack. Overigens neemt niet alleen de ontwikkeling toe, maar ook het gebruik.
Bron: Grafieken van ohloh.net.
De tip voor bijvoorbeeld hostingpartijen die afstappen van een dedicated serverpark en gaan voor de schaalbaarheid van de cloud, is dus dat de organisatie kijkt naar welke factoren van belang zijn voor het bedrijf. Vragen waar we mee moeten beginnen zijn onder meer: wat is de interne ontwikkelcapaciteit, wat is er precies nodig, wat zijn de functie-eisen, welke uitrolsnelheid is nodig en hoe flexibel moet de software zijn? Met dat profiel kan een organisatie verder werken.
Reageer
Preview